Bybele Beginsels Studie 5: Die Koninkryk Van God Die Koninkryk Gedefinieer | Die Koninkryk Bestaan Nie Nou Al Nie | Die Koninkryk Van God In Die Verlede | Die Koninkryk Van God In Die Toekoms | Die Millennium | Inset (Die Koninkryk Is 'N Letterlike Werklikheid., Opsomming Van Die Geskiedenis Van Israel) | Vrae |
5.1 HET KONINKRIJK GEDEFINIEERDOnze vorige studie heeft laten zien dat het Gods doel is om met Jezus’ wederkomst de gelovigen met het eeuwige leven te belonen. Dit eeuwige leven zal op aarde genoten worden; Gods herhaalderlijke beloftes in dit verband houdt niet in dat de gelovigen naar de hemel toe gaan. "Het evangelie (goede nieuws) van het Koninkrijk van God" (Mattheus 4:23) was verkondigd aan Abraham, in de vorm van Gods beloftes aangaande eeuwig leven op aarde (Galaten 3:8). Het "Koninkrijk van God" is derhalve het tijdperk na Jezus’ wederkomst wanneer deze beloftes vervuld zullen worden. Alhoewel God uiteindelijk de Koning van Zijn totale schepping zal zijn, heeft Hij aan de mens een vrije wil gegeven om de aarde en zijn eigen leven naar zijn eigen wensen te regelen. De wereld vandaag is dus het "Koninkrijk van het mensdom" (Daniel 4:17). Met Jezus’ wederkomst zal "Het Koninkrijk over de wereld komen aan onze Here en aan Zijn Gezalfde, en Hij zal als Koning heersen tot in alle eeuwigheden." (Openbaring 11:15). Dan zal Gods wens en wil volmaakt en openlijk op aarde geschieden. Zo beval Jezus ons dan om als volgt te bidden : " Uw Koninkrijk kome, Uw wil geschiede, gelijk in de hemel alzo ook op de aarde" (Mattheus 6:10). Het is om deze reden dat de term "Koninkrijk van God" gelijkstaat aan de term "Koninkrijk der hemelen" (Mattheus 13:11 vergelijk Markus 4:11). Let op dat we niet lezen van het "Koninkrijk in de hemelen" . Net zoals Gods wil volkomen door de engelen in de hemelen gehoorzaamd wordt (Psalm 103:19-21), zo zal dit ook zijn in het toekomstige Koninkrijk van God, wanneer de aarde alleen bewoond zal zijn door rechtvaardige mensen, die “gelijk zullen zijn aan de engelen” (Lucas 20:36). Het Koninkrijk van God binnen gaan bij Jezus’ wederkomst is dus het eindresultaat van ons Christelijk leven (Mattheus 25:34; Handelingen 14:22); en als zodanig is het absoluut noodzakelijk om er een korrekt begrip van te hebben. Filippus’ verkondiging van Christus wordt beschreven als de verkondiging van "Het Koninkrijk van God en de naam van Jezus Christus" (Handelingen 8:5,12). Schriftgedeelte na schriftgedeelte herinnert ons eraan dat het " Koninkrijk van God" het hoofdthema van Paulus‘ prediking was (Handelingen 19:8; 20:25; 28:23,31). Het is dus uiterst noodzakelijk dat wij de leerstelling van het Koninkrijk van God verstaan aangezien dit de Evangelie boodschap is. "Wij moeten door zware verdrukkingen het Koninkrijk van God binnengaan" (Handelingen 14:22); dit is het licht aan het einde van de tunnel van dit leven en daarom de motivatie om offers te maken wat het ware Christelijk leven inhoudt. Nebukadnesar, koning van Babijlon, wou de toekomst van de wereld weten (zie Daniel hoofstuk 2). Hij had een visioen van een groot beeld, wat uit verschillende metalen gemaakt was. Daniel intepreteerde het hoofd van goud als vertegenwoordiging van de koning van Babijlon .(Daniel 2:38). Na hem zouden er een aantal indrukwekkende rijken in de omgeving rondom Israel verrijzen en tot een val komen. Dit zou eindigen met een situatie waar de "tenen der voeten deels van ijzer en deels van leem zijn - een gedeelte van het Koninkrijk zal hard en een gedeelte zal broos wezen" (Daniel 2:42). De huidige balans van macht in de wereld is verdeelt tussen veel naties, sommigen sterk en andere zwak. Daniel zag hoe een kleine steen het beeld trof aan de voeten, het vernietigde en uit zichzelf uitgroeide tot een grote berg die de hele aarde vulde (Daniel 2:34,35). Deze steen vertegenwoordigd Jezus (Mattheus 21:42; Handelingen 4:11; Efeziers 2:20; 1 Petrus 2:4-8). De "berg" die Hij voor de hele aarde zal scheppen vertegenwoordigd het eeuwige Koninkrijk van God, wat Jezus met Zijn wederkomst zal bevestigen. Deze profetie is opzichzelf het bewijs dat het Koninkrijk op aarde en niet in de hemel zal zijn. Dat het Koninkrijk alleen ten volle gevestigd zal worden ten tijde van Christus ‘ wederkomst, is ook het thema van andere schriftgedeeltes. Paulus praat van Jezus’ oordeel van de levende en de dode "bij zijn verschijning en zijn Koninkrijk " (2 Timotheus 4:1). Micha 4:1 bouwt voort op Daniels‘ idee van Gods‘ Koninkrijk als een grote berg: "In de laatste dagen zal de berg van het huis des Heren vaststaan ". Daar volgt dan een beschrijving van hoe dit Koninkrijk op aarde zal zijn (Micha 4:1-4). God zal Jezus de troon van David in Jeruzalem geven; "en Hij zal Koning wezen . . . tot in eeuwigheid, en zijn koningschap zal geen einde nemen. " (Lucas 1:33). Dit houdt noodzakelijker wijs in dat er een zeker keerpunt moet zijn wanneer Jezus begint om te regeren vanaf Davids‘ troon en Zijn Koninkrijk begint. Dit zal bij Jezus‘ wederkomst zijn. "Aan zijn Koninkrijk zal geen einde komen " sluit aan bij Daniel 2:44 : "maar in de dagen van die koningen zal de God des hemels een koninkrijk oprichten dat in eeuwigheid niet zal te gronde gaan, en waarvan de heerschappij op geen ander meer zal overgaan. . . " Openbaring 11:15 gebruikt dezelfde taal om te beschrijven hoe, met de tweede komst, "het koninkrijk van deze wereld zal komen aan onze Here en aan zijn Gezalfde, en Hij zal als Koning heersen tot in alle eeuwigheden." Daarentegen moet er een specifieke tijd zijn wanneer Christus‘ heerschappij en koninkrijk op aarde zal beginnen; dit zal zijn bij Zijn wederkomst. |